Jonge kinderen komen minder vaak in aanraking met boeken dan met (digitale) schermmedia. In hun eerste levensjaar besteden kinderen 1,5 uur per dag aan digitale media activiteiten, zoals televisie en video’s kijken, gamen en/of videobellen. Dit loopt op naar ruim 2 uur per dag op vier- tot zesjarige leeftijd. Zelf boekjes bekijken of voorgelezen worden doen zij in het eerste jaar gemiddeld zo’n 25 minuten per dag, terwijl het op vier- tot zesjarige leeftijd om 18 minuten gaat. De schermtijd van de groep nul- tot zesjarige kinderen als geheel ligt ook hoger dan hun leestijd: op gemiddeld 1 uur en 50 minuten per dag voor het scherm en 23 minuten voor boekjes (Nikken & Tuijnman, 2024).
Nul- tot zesjarige kinderen maken vaker samen met hun ouders, broers, zussen en/of andere verzorgers gebruik van papieren boeken dan van (digitale) schermmedia. Voorlezen vindt in 95% van de gevallen samen plaats; bij het lezen of kijken in boekjes is dit nog altijd 63%. Van digitale voorleesverhaaltjes, podcasts of muziek maakt 69% samen gebruik. Voor video’s kijken is dit 64% en voor gaming 62% (Nikken & Tuijnman, 2024).
