De e-reader is het meest gebruikte apparaat voor het lezen van e-boeken. 58% van de digitale lezers leest weleens e-boeken op dit apparaat, terwijl het bij de tablet om 36% gaat en bij de smartphone om 25%. De laptop en desktop computer volgen op geruime afstand. Ten opzichte van een jaar eerder gebruikt een groter aantal digitale lezers de smartphone, en een kleiner aantal de tablet. Drie op de tien digitale lezers gebruikt meerdere apparaten voor het lezen van e-boeken (KvB Boekwerk & GfK, 2019, meting 47).
Dat de e-reader aan kop gaat, is opvallend in het licht van het aantal apparaten dat in omloop is. Terwijl 24% van de bevolking een e-reader bezit, heeft 87% een smartphone, 77% een laptop, 65% een tablet en 41% een desktop computer (Schaper, Wennekers & De Haan, 2019). Van de ouders met jonge kinderen beschikt 76% over een e-reader. Bij de smartphone is dit 97%, de (kinder)laptop 89% en de (kinder)tablet 92% (Netwerk Mediawijsheid & Choice, 2022).
Hieruit valt af te leiden dat veel bezitters de meeste digitale apparaten niet gebruiken voor het lezen van e-boeken. Andersom wordt de e-reader juist het meest gebruikt om e-boeken op te lezen. Terwijl lezers van de e-reader dit wekelijks gemiddeld 178 minuten oftewel bijna 3 uur doen, is dit voor de tablet ongeveer een half uur (GfK, 2023).