Citeren? Stichting Lezen - Leesmonitor(2024). Een vroege start met voorlezen loont en verdient vervolg. https://www.lezen.nl/onderzoek/een-vroege-start-met-voorlezen-loont-en-verdient-vervolg/.
23 oktober 2021

Het geniet de voorkeur om op jonge leeftijd te beginnen met voorlezen. Hoe jonger kinderen zijn als hun ouders van start gaan met het voorleesverhaal, hoe groter hun woordenschat op 2-jarige leeftijd (Debaryshe, 1993). Baby’s die worden voorgelezen, lopen op een leeftijd van 15 maanden voor in hun taalontwikkeling, en breiden deze voorsprong vervolgens verder uit (Van den Berg & Bus, 2015). Baby’s die meer dan 10 minuten per dag worden voorgelezen, hebben een 2,5 keer zo grote kans om met een voldoende woordenschat aan school te beginnen (Farrant & Zubrick, 2013).​

Tijdens het voorlezen praten ouders meer met hun baby of dreumes dan tijdens andere activiteiten, zoals liedjes zingen, met speelgoed spelen, verzorgen en eten. Kinderen reageren ook taliger tijdens het voorlezen dan tijdens deze andere activiteiten (Clemens & Kegel, 2021). 1-jarigen produceren bij het voorlezen van baby-tastboekjes meer klinker-tonen en meer combinaties van klinkers en medeklinkers dan tijdens het spelen met poppen of speelgoed. Dit komt zowel door de boekentaal als door de interactie: moeders reageren taliger op het talige gebrabbel van hun baby. Ze imiteren het ‘ba-ba’ of breiden het zelfs uit tot ‘bal’. Ze vermoeden waarschijnlijk dat hun kind probeert te praten, en passen hun reactie hierop aan, om (bewust of onbewust) de taalontwikkeling te stimuleren (Gros-Louis, West & King, 2016).

Tijdens het voorlezen is het taalgebruik van ouders, wat betreft vocabulaire en grammatica, ook diverser en complexer dan tijdens andere gesprekjes met het kind. Kinderen die al jong worden voorgelezen, hebben daar op school profijt van. Op 7- tot 10-jarige leeftijd hebben zij gemiddeld een rijkere woordenschat, een sterker leesbegrip en een hogere leesmotivatie (Demir-Lira et al., 2019).

Op de basisschool kan voorlezen ook stimulerend werken. Kinderen in klassen waarin regelmatig wordt voorgelezen, gaan in de loop van het schooljaar sterker vooruit in leesfrequentie dan kinderen in klassen waarin dit niet gebeurt (Van der Sande et al., 2019). Op de middelbare school kan interactief voorlezen resultaat sorteren. Jongeren gaan sterker vooruit in woordenschat, leesvaardigheid en leesmotivatie als de docent voorleest dan wanneer zij zelf (stil) lezen (Olagbaju & Babalola, 2020). Tegelijkertijd denken de leerlingen de informatie dieper te kunnen onthouden dankzij het zelf (stil) lezen (Reed et al., 2014).