Citeren? Stichting Lezen - Leesmonitor(2024). Nederlanders met lage taalvaardigheid minder kans op werk. https://www.lezen.nl/onderzoek/nederlanders-met-lage-taalvaardigheid-minder-kans-op-werk/.
12 december 2024

Wie zijn laagtaalvaardig?

Er zijn verschillende kenmerken die samenhangen met een geringe taalvaardigheid. Oudere mensen, volwassenen met een eerste generatie migratieachtergrond en volwassenen die thuis meestal een andere taal spreken dan Nederlands zijn over het algemeen minder taalvaardig in het Nederlands. Tevens gaat het vooral om volwassenen die zelf maximaal basisonderwijs of vmbo hebben afgerond en/of die ouders hebben met maximaal een vmbo-diploma op zak (Buisman et al., 2024).

Bijna zes op de tien mensen met een geringe taalvaardigheid heeft betaald werk. Tegelijkertijd zijn minder taalvaardige volwassenen in grotere getale niet actief op de arbeidsmarkt en/of hebben ze geen startkwalificatie (havo/vwo of mbo-2). Ook hebben ze minder ervaring met het gebruik van de computer voor werk, en nemen ze minder vaak deel aan scholing (Buisman et al., 2024).

Gedurende het leven

Mensen maken tot hun vijfentwintigste levensjaar een groei door in taalvaardigheid. Daarna zet zich een daling in, die sterker wordt vanaf het vijfenvijftigste levensjaar (Buisman et al., 2024). Zowel laagtaalvaardige als gemiddelde en excellente lezers zien de leesvaardigheid teruglopen. Een verklaring is dat mensen, naarmate ze ouder worden, minder vaak onderwijs volgen. Als ze dat wel doen, veel lezen tijdens het werk en/of een vaste baan hebben, dan blijken ze hun leesvaardigheid sterker op peil te houden. Hier geldt dus het principe van ‘use it or lose it’ (Willms & Murray, 2007; Buisman et al., 2013).

Doelgroep(en)